De fietsenmaker (uit zakkenvullers en laaienlichters)
Vrijdag is het altijd raak. Dan komen de meest uiteenlopende types, meestal afkomstig uit een der verzorgingstehuizen " effe "buurten. Zo ook vandaag. "Ik zeg goeiemorgen meneer " Met deze groet stapte er een oude wat triestig uitziende man naar binnen, die na wat rondgekucht te hebben op mijn vragende blik direct van wal stak. Ja, meneer, ik loop maar zo'n beetje met m'n ziel onder mijn arm, ik ben gepensioneerd ziet U en dan duren de dagen bar lang en ja, as je in zo'n bejaardenhuis zit, dat noemen ze tegenwoordig een verzorgingshuis, maar hoe ze het ook noemen, het idee blijft hetzelfde, een stelletje ouwe sjacharijnen bij elkaar, die nauwelijks een woord zeggen, as je dus in zo'n bejaardenhuis zit, lijkt het wel of de dagen nog veel langer duren. Ja, dan vroeger he, dan duurde de dag niet lang genoeg, moet je weten, toen had ik m'n werk en glunderend naar mij kijkend: ik was fietsenmaker, dat was nog es mooi om te doen. Heel anders dan tegenwoordig, met die kant en klaar fietsjes. Nee, toen kon jer nog lol aan beleven, alles deed ik zellef en hij begon op te sommen : banden plakken, dat deed ik met solutie en dan deed je het binnenbandje in een emmer water; spaken erin zetten, die maakte ik ook zelf - kijk maar, zo ging dat - en ik kreeg een aanschouwelijke demonstratie hoe spaken in elkaar werden gezet, zadeltje erop zetten; dynamo erop zetten, ja meneer, toen had een fiets nog een dynamo, achterlichies, voorlichies. Een voor een werden de onderdelen van een fiets uitgebreid opgenoemd. Na voor mijn gevoel honderd onderdelen verder, besloot hij zijn relaas met : maar tegenwoordig bestaat dat allemaal niet meer, m'n zoon heeft de zaak overgenomen, maar die heeft er geen vetpot aan hoor, dat is allemaal de schuld van de enecomie. Hij bedoelde natuurlijk de economie, maar ik snapte zijn punt. En ik zit nou uit te rusten in het verzorgingshuis. En met een diepe zucht- het zal mijn tijd allemaal wel uitduren. Nou, meneer, ik zal U niet langer van Uw werk houden en daar ging hij weer, met gebogen schouders slofte hij de deur uit.